×

×

Avantium bouwt eerste bioplastic-fabriek: ‘een historische mijlpaal’

10-01-2022

Tom van Aken, CEO van Avantium, zag onlangs zijn droom in vervulling gaan. Er komt een fabriek voor de grootschalige productie van bioplastics in Delfzijl.

Eind 2021 maakte technologiebedrijf Avantium wereldkundig dat een positief besluit is genomen over de bouw van ’s wereld eerste commerciële fabriek voor de productie van 5 kiloton FDCA (furaandicarbonzuur) per jaar, grondstof voor PEF (polyethyleen furanoaat). PEF is 100 procent plantaardig én recyclebaar. De financiering kwam rond, ondanks een vertraging van een jaar. Dat is gelukt dankzij toezeggingen van Invest-NL (een krediet van 30 miljoen euro) en leningen van de vier grote banken ABN Amro, ASN Bank, ING en Rabobank. Samen goed voor nog eens zestig miljoen euro. Ook zijn contracten getekend met afnemers, onder wie het Nederlandse Refresco, bottelaar van onder meer frisdrank en de Belgische firma Resilux, leverancier van harde plastic verpakkingen. 

Tom van Aken, blij?

“Jazeker! De beslissing om te starten met de bouw van onze fabriek na een reis met veel ups en downs geeft enorme voldoening. Mensen denken bij plantaardig plastic vaak dat de kwaliteit lager is. Maar dat is bij PEF helemaal niet het geval. De komst van de fabriek betekent niet alleen een bekroning van het harde werken van de afgelopen 15 jaar, van al het bloed, zweet en tranen van onze medewerkers. Maar het is ook belangrijk voor onze klanten, die ons hun vertrouwen gaven; en ook voor nieuwe klanten. Tenslotte is het goed nieuws voor onze aandeelhouders en investeerders, die geld in ons bedrijf hebben gestoken. 

Deze ‘go’ voor het bouwen van een fabriek voor PEF is echt een historische mijlpaal in de geschiedenis van plastic. Weet je wanneer het de laatste keer was dat een nieuw plastic naar de markt is gebracht? Dat was 20 jaar geleden; met de vervaardiging van PLA (PolyLactic Acid); een biologisch afbreekbaar plastic, gemaakt uit melkzuur. Je kent het waarschijnlijk wel van die knisperende zakken waar je in de supermarkt je groenten in doet. PLA heeft echter niet de juiste eigenschappen voor bijvoorbeeld het verpakken van frisdranken. Dat heeft PEF wel.”

Wat maakte het zo lastig om het benodigde geld bijeen te krijgen?

“Voor banken is het risicovoller om te investeren in disruptieve, innovatieve technologieën, zoals die door Avantium worden ontwikkeld voor het hernieuwbare en plantaardige plastic PEF. Er is immers nog geen commerciële ervaring met PEF opgedaan. Zo’n transitie kost dus de nodige tijd. Dat wij als bedrijf de afgelopen jaren niet winstgevend waren, hielp natuurlijk ook niet. Des te mooier is het dat het gelukt is om allerlei partijen te interesseren voor het realiseren van onze fabriek.”

Maar uiteindelijk is het dus wel gelukt. Is daarbij ook sprake van een momentum? Als je bijvoorbeeld het recente rapport van WNF leest, willen grote bedrijven wel degelijk hun plasticgebruik verduurzamen, terwijl ook grote banken als de Rabobank onlangs nog hebben aangeven te willen investeren in circulaire maakindustrie.

“Het klopt. Ook grote bedrijven realiseren zich dat ze wel mee moeten in de verduurzaming van plastic. En dat, als ze nog langer wachten, het alleen maar lastiger wordt om de overstap te maken naar plastic-varianten die niet alleen recyclebaar, maar ook biobased zijn. De vraag waar ze mee worstelen is echter hóe ze dat moeten doen. 

Daarnaast is ook het publieke bewustzijn voor plastic vervuiling -en niet alleen in de oceaan maar ook op andere plekken ter aarde- in de afgelopen jaren flink toegenomen. Plastic zwerfaval vormt een gigantisch probleem. Zo besteedde National Geographics een paar jaar geleden een heel themanummer aan zwerfafval wereldwijd. Ik ben visueel ingesteld: als je al die foto’s bij elkaar ziet, besef je hoe erg het daarmee gesteld is.

Het aandeel van plastic gemaakt van fossiele grondstoffen -aardolie dus- is echter ook ontzettend groot: 98 procent. De grondstoffentransitie, waarbij we niet meer fossiele grondstoffen als basis nemen maar in plaats daarvan materialen van hernieuwbare grondstoffen gaan maken, loopt dramatisch achter bij bijvoorbeeld de transitie naar hernieuwbare energiebronnen. Daar zijn al flinke stappen mee gezet. Dat verander je niet zomaar.”

Maar er is dus wel een markt voor alternatieven voor plastic uit aardolie? 

“Ja, het is ook een mooie business-case. Onze inzet is om in 2023 de fabriek klaar te hebben en in 2024 operationeel. Naast dat we PEF uit onze fabriek in Delfzijl gaan verkopen,  willen wij technologielicenties verkopen aan bedrijven over de hele wereld. Met zo’n licentie kunnen deze bedrijven zelf grotere fabrieken bouwen voor de productie van FDCA en PEF. Daarvoor heb je echter eerst een commerciële fabriek nodig zoals wij die gaan neerzetten in Delfzijl, waarmee je de resultaten kunt tonen aan geïnteresseerde partijen. Met ons hernieuwbare, plantaardige plastic PEF denken wij uiteindelijk een eindmarkt van $200 miljard per jaar te kunnen aanspreken.. En dan hebben we het nog niet eens over de klimaatwinst die er met PEF te behalen is.”

En? Hoe groot is die? 

“Hoeveel CO2 met hernieuwbare en biobased plastic bespaard kan worden, laten wij door onafhankelijke wetenschappelijke instituten berekenen. Uit de eerste analyses blijkt dat met de productie van PEF ruim 50 procent CO2-besparing kan worden bereikt. Dat is ook wat wij met Avantium met onze innovatieve technologieën nastreven. Wij halen grondstof voor bioplastics uit plantaardige suikers, uit gewassen als tarwe, mais en suikerbieten. Dat doen we voor PEF maar ook voor onze andere technologieën.”

“Met Ray Technology worden suikers uit bijvoorbeeld suikerbieten met behulp van katalyse omgezet in plantaardige mono-ethyleen glycool: plantMEG. Dit is een essentieel ingrediënt voor de productie van polyesters die op grote schaal worden gebruikt in textiel en verpakkingen. De andere technologie heet Dawn Technology. Daarbij wordt niet-eetbare  biomassa, zoals houtsnippers, omgezet in suikers en lignine, die als grondstof voor de chemische en plasticindustrie kunnen dienen. Wist je bijvoorbeeld dat houtresten zo’n 60 tot 70 procent suiker bevatten?”

Daarmee komen we uit bij een heikel punt: eetbare gewassen versus niet-eetbare gewassen. 

“Dat klopt. Maar het is ook een kwestie van: je moet ergens beginnen. En zeker in het begin zal de productie van PEF geen impact hebben op de wereldvoedselmarkt. Daarom ontwikkelen we ook onze Dawn Technologie voor het omzetten van niet-eetbare grondstoffen in suikers. De overgang van plastic naar niet-fossiele grondstoffen is een enorme en complexe transitie. Dat is ook precies de reden waarom wij die als scale-up kunnen oppakken. Voor grote bedrijven zijn zulke disruptieve technologische innovaties vaak niet haalbaar. Daar zijn ze meestal niet wendbaar genoeg voor.”

U bent sinds 2005 directeur van Avantium, u was destijds bij uw aantreden 35. U bedacht toen al dat Avantium -van oorsprong een Shell spin-off- zich moest gaan richten op innovatieve technologieën voor de productie van bioplastics. Waar haalde u dat idee vandaan? 

“Nou, het is echt niet zo dat ik toen al alle ontwikkelingen voorzag, of dat ik voorop liep met circulaire economie. Wij hebben destijds met Avantium ingezet op het vervaardigen van 100 procent plantaardig plastic uit suikers. Later, in 2011, toen we met Coca Cola in zee gingen, ontstond het idee om alles ook 100 procent recyclebaar te maken. Daar vroeg Coca Cola ook om. En later bleek dat PEF ook nog eens afbreekt, als het onverhoopt in de natuur terechtkomt.  Maar als je ziet hoe groot het plastic afvalprobleem is, dan wil ik het eigenlijk niet eens meer hebben over afbreekbaar plastic! Omdat ik vind dat plastic helemaal niet in het milieu terecht hoort.” 

Plastic moet niet langer worden beschouwd als afval, maar als grondstof, zoals Arnold Stokking onlangs nog heeft benadrukt als voorzitter van de ‘Groene Chemie, Nieuwe Economie’ coalitie waar ook Avantium deel van uitmaakt?

“Precies! Dat PEF, in tegenstelling tot plastics gemaakt van aardolie, zoals PET, snel afbreekbaar is, is een extra veiligheidsaspect. Maar recycling van plastic is hét antwoord. Zowel op het terugdringen van zwerfafval als CO2-reductie met het oog op de opwarming van de aarde.”

Dat is ook de reden dat afgelopen zomer statiegeld is ingevoerd voor kleine PET flessen. Naar ik heb begrepen duurt het met PET zo’n 500 jaar voordat het wordt afgebroken. 

“Het kan, afhankelijk van het soort plastic, honderden tot zelfs duizenden jaren duren, voordat het wordt afgebroken. Die 500 jaar, dat is slechts een schatting. Zo lang bestaat plastic namelijk nog niet. We kunnen het exacte milieueffect dus niet meten.”

Maar er is dus nog een hoop werk aan de winkel. 

“Ja. Als ik door de supermarkt loop, zie ik overal plastic verpakkingen. Ik ben van huis uit scheikundige. En als ik dat zo zie, gaan mijn handen ervan jeuken: wat zouden we daar nog meer mee kunnen doen? Ik vind het jammer dat het bij duurzaamheid en transities vaak alleen maar over gaat wat we straks allemaal niet meer kunnen doen. Terwijl ik denk: wat kunnen we wél doen. Welke kansen biedt het? Groene chemie heeft de toekomst, daar ben ik heilig van overtuigd. Dat ik bij een bedrijf als Avantium mag werken, omgeven door mensen die daar net zo over denken, beschouw ik dan ook als een groot voorrecht.”

Dit artikel is eerder verschenen bij Innovation Origins in samenwerking met ENZuid.