Inbreng GCNE over Circulair Plastic bij Tweede Kamer

28-02-2025

Op 6 maart zal Arnold Stokking bij het rondetafelgesprek Circulair Plastic van de Tweede Kamer commissie I&W vanuit GCNE de visie over Circulaire Plastics Norm inbrengen.

In het toegestuurde position paper vanuit GCNE is het volgende  opgenomen.

Groene Chemie Nieuwe Economie (GCNE) is er voor de gamechangers in de Circulaire Economie

1. GCNE is een platform dat zich richt op het versnellen van de grondstoffentransitie in de maakchemie in Nederland: van fossiele grondstoffen naar circulaire, biobased en CO2 gebaseerde grondstoffen. GCNE richt zich daarbij op ‘gamechangers’, vaak jonge bedrijven in de scale-up fase. Het platform begeleidt deze bedrijven in hun financieringsvraagstukken en heeft mede daardoor een groot netwerk van innovatieve ondernemers en financiële organisaties en diep inzicht in obstakels waar de bedrijven mee kampen.

2. GCNE is regionaal georganiseerd en werkt samen met de clusters Chemport, Smart Delta Resources, Moerdijk, Deltalinqs en EBZ, Amsterdam Chemistry Network en Chemelot. GCNE is opgericht door de Regionale Ontwikkelings Maatschappijen, InvestNL, TNO en het kenniscentrum Brightsite in Geleen en wordt gesteund door de provincies Limburg, NoordBrabant, Zeeland, Zuid-Holland, Noord-Holland, Drenthe, Friesland en Groningen.

Beleid van de rijksoverheid is noodzakelijk om faillissementen en blijvende afhankelijkheid van niet-Europese landen (en fossiel) te voorkomen

3. De sterk groeiende import van goedkoop nieuw plastic uit o.a. China maakt het onmogelijk voor Nederlandse gamechangers in het recyclen van plastic en het produceren van alternatieven uit plantaardige grondstoffen om te concurreren en te (blijven) investeren.

4. Deze bedrijven zijn essentieel voor het verdienvermogen en het behoud van banen in de (voor Nederland) cruciale chemische industrie. Ze representeren de verduurzaming van de sector en de innovatiekracht die Nederland internationaal onderscheidt en handel oplevert. Ze helpen voorkomen dat Nederland en Europa voor het kritieke materiaal plastic volledig afhankelijk wordt van niet-Europese landen en dat deze producten door onze afhankelijkheid uiteindelijk duurder worden.

Een goede (Nationale) Circulaire Plastics Norm is cruciaal voor het stimuleren van voldoende afzetmarkt

5. Tijdens het rondetafelgesprek in december vertelde de voormalig directeur van Umincorp dat met een Nationale Circulaire Plastics Norm zijn bedrijf nu nog operationeel was geweest. Dit geldt voor meerdere van onze gamechangers uit de recycling- en bio-grondstoffenbranche. Zij ervaren dat financiers op een cruciaal moment uitstappen of wegblijven omdat er geen duurzaam en betrouwbaar Rijksoverheidsbeleid is. First of a kind fabrieken in het recyclen van plastic kampen met faillissementen (bijvoorbeeld Ioniqa, Stiphout). First of a kind fabrieken voor het produceren vanuit bio-grondstoffen (bijvoorbeeld Avantium en Paques Biomaterials) komen alleen met hele grote moeite tot stand. Bedrijven als Healix in Maastricht moeten hun productie stil leggen. Dit is vooral vanwege ontbrekende marktvraag.

6. De kosten van stilstand zijn misschien wel groter dan de kosten van een verkeerde keuze. Op dit moment worden circulaire producten onvoldoende grootschalig aangeboden in supermarkten. Vleeswaren, yoghurt of zeep zijn bijvoorbeeld niet te koop met circulaire verpakking. Partijen houden elkaar in gijzeling: de push en de pull komen allebei niet tot stand.

7. Onze achterban verwacht daarom dat we niet de complexiteit van de chemische industrie blijven beschrijven maar vooral perspectief bieden en concrete oplossingsrichtingen aandragen.

8. De Nationale Circulaire Plastics Norm staat al in het hoofdlijnenakkoord en heeft daarmee politiek draagvlak . Onze focus is ja-mits en niet nee-tenzij. De E10 benzinenorm kan daarbij gelden als bewijs dat een positieve grondhouding ook realistisch is.

Begin met een klein(er) percentage, leg de verplichting op het beste punt in de keten, biedt een duidelijke stimulans en zoek zoveel als juridisch mogelijk aansluiting bij de Europese normering in 2030 (PPWR).

9. Binnen een groter pakket van maatregelen is een goede (Nationale) Circulaire Plastics Norm cruciaal. Wachten op een Europese norm die pas in 2030 komt is geen optie. Die norm komt helaas te laat voor onze gamechangers en misschien wel te laat voor de hele Nederlandse chemische industrie.

10. Het is essentieel om zoveel mogelijk aan te sluiten bij de aankomende Europese norm. Het kabinet dient daarvoor de juridische mogelijkheden op te zoeken, al dan niet per type materiaal. Daarbij is het goed om te realiseren dat de geplande Packaging Packaging Waste Regulation (PPWR) gaat over (specifieke) verpakkingen waarbij de geplande Nederlandse norm over plastic in zijn algemeenheid gaat. Dit biedt juridische ruimte om op de Europese normering te anticiperen, daarbij moet het juridische kader en het economisch wenselijke dicht bij elkaar worden gebracht.

11. Wat GCNE betreft beginnen we met een ‘kleine (Nationale) Circulaire Plastics Norm’ en bouwen we gezamenlijk ervaring op. Het starten van de geplande (Nationale) Circulaire Plastic Norm met een beperkter startpercentage van minimaal 3% kan de risico’s van zogenaamde weglek in de keten en de negatieve impact op de converters wegnemen. Het percentage zou jaarlijks kunnen groeien. Rapportage kan op basis van bekende methodieken zoals de zogenaamde massabalans berekeningen, en liefst zoveel mogelijk aansluitend op andere bestaande rapportageverplichtingen.

12. Waar je de verplichting bij de (Nationale) Circulaire Plastics Norm ook neerlegt, iemand voelt de economische pijn het meest. Invoering bij detailhandel, grote merken of distributiecentra is over de gehele keten genomen de beste en meest realistische variant. Dit zorgt er namelijk voor dat het niet uitmaakt welke specifieke groene grondstof of techniek gestimuleerd wordt, alle bedrijven in de keten kunnen profiteren waaronder de innovatieve gamechangers. De kostprijs verhoging die deze normering uiteindelijk voor consumenten zal veroorzaken is marginaal, het gaat bij verpakkingen om enkele centen per product en dit staat in geen verhouding tot andere kostenstijgingen, bijvoorbeeld door inflatie, die de consument al draagt. We betrekken hiermee de inkoopmanagers van zeer grote partijen, alsook hun communicatiekracht, bij de circulariteitsopdracht.

13. In het CE-Delft Rapport (Balanced Policy Support for Biobased and Recycled Plastic, 2024) wordt onderstreept dat naast recyclage ook bio-grondstoffen grote kansen bieden. Op dit moment wordt het inzetten van bio-grondstoffen voor de productie van duurzame materialen niet gestimuleerd, in tegenstelling tot het gebruik van bio-brandstoffen (E10 benzine bijvoorbeeld). Deze succesvolle aanpak met normering dient ook te worden toegepast voor de chemie om noodzakelijk gelijk speelveld te bereiken tussen inzet van bio-grondstoffen voor producten en inzet van bio-grondstoffen voor brandstof.

14. Overweeg bedrijven te belonen die bijdragen aan de circulaire ambities en een afzetmarkt voor duurzame producten door hun belastingvoordeel te geven, al dan niet vrij te stellen van (een deel) van de Plastic Heffing of CO2 belasting of te stimuleren met geld uit de motie Koekkoek.

De deelnemers aan dit rondetafelgesprek en de overige toegezonden positions papers zijn te vinden via deze link.